Stappen

• Was de courgettes en verwijder de uiteinden. Rasp ze met een grove rasp in een vergiet, voeg een snufje zout toe en laat ze een half uur in de gootsteen staan om het overtollige vocht te verliezen.

  Knijp ze na de rusttijd goed uit met je handen om overtollig vocht te verwijderen.
  Verhit in een antikleefpan de extra vergine olijfolie samen met een sjalotje. Voeg de courgettes toe en kook ze op middelhoog vuur tot ze droog zijn. Zet het vuur uit en laat afkoelen.

• Ondertussen kun je beginnen met het bereiden van het beslag voor de flensjes.
  Klop in een kom de eieren met drie snufjes zout, meng en voeg de melk toe, voeg de bloem toe en tot slot de gesmolten boter.
  Verwarm een antikleefpan en giet een pollepel beslag erin, verdeel het gelijkmatig over de oppervlakte. Bak beide zijden enkele minuten tot ze goudbruin zijn. Herhaal de handeling totdat het beslag op is.
  Leg de flensjes, na het bakken, op een bord boven op elkaar en dek af met folie om hun zachtheid en vocht te behouden. Met mijn hoeveelheden krijg je ongeveer 10 flensjes.
  

• Meng in een kom de ricotta met het ei, de Parmezaanse kaas, het zout, de peper en de nootmuskaat tot een homogeen mengsel. Voeg de afgekoelde courgettes, de geraspte provola, de gehakte basilicum en peterselie toe en meng grondig tot een egaal en romig mengsel.

• Neem een flensje en verspreid er met behulp van een spuitzak of lepel een beetje vulling op en rol het op. Herhaal hetzelfde proces voor de andere flensjes. Vet een ovenschaal in met een beetje boter, leg de opgerolde flensjes naast elkaar, voeg enkele klontjes boter en een snufje Parmezaanse kaas toe.
  Bak in een voorverwarmde oven op 200°C gedurende ongeveer 15 minuten, zet de grillfunctie de laatste 5 minuten aan en bak tot de bovenkant goudbruin en licht krokant is.
  

  

• Laat ze iets afkoelen en serveer de opgerolde flensjes goed warm.
  Eet smakelijk!