Stappen

• Om de kerstkoekjes met maanzaad te maken, doe je de bloem, suiker, zout, geraspte citroenschil, gemalen maanzaad en koude boter in stukjes in de mixer. Zet de mixer een paar seconden aan, totdat je een zanderig mengsel krijgt. Voeg dan het ei toe, zet de mixer opnieuw 30-40 seconden aan, totdat je een kruimelig mengsel krijgt.

  Breng alles over naar het werkblad, kneed kort, net genoeg om een homogeen deeg te krijgen, vorm een blok, wikkel het in folie en zet het ongeveer een uur in de koelkast.

  Je kunt het deeg natuurlijk ook met de hand kneden. Als je het deeg de dag ervoor maakt en het dus langer in de koelkast blijft, haal het er dan ongeveer 30 minuten van tevoren uit, anders is het moeilijker uit te rollen.

• Na de rusttijd van het deeg snijd je een kwart eraf en rol je het uit op een licht met bloem bestoven oppervlak tot een dikte van ca. 2 mm.

  Verwarm de oven voor op 190 graden (statisch) als je één bakplaat tegelijk bakt, of 170 graden (hetelucht) als je meerdere bakplaten tegelijk bakt.

  Steek veel koekjes uit met de gekozen koekjesvorm en leg ze op bakplaten bedekt met bakpapier. Maak voor elk koekje ook dezelfde vorm met een gat in het midden, zodat je altijd een basis voor het koekje hebt en een deksel met een gat om zo te zeggen.

  De koekjes zullen tijdens het bakken slechts licht groeien, dus je kunt ze eventueel dicht bij elkaar leggen.

  

• Bak je koekjes op de hierboven aangegeven temperatuur gedurende ca. 10 minuten, totdat ze licht goudbruin zijn aan de randen.

  Haal de koekjes uit de oven, laat ze ongeveer tien minuten op de bakplaat afkoelen, verplaats ze dan naar een rooster en laat ze volledig afkoelen.

  Wanneer de koekjes afgekoeld zijn, leg je alle koekjes met het gat naast elkaar op een bakplaat en bestrooi je ze met poedersuiker. Smeer de pruimenjam op de bases en leg op elk een koekje met het gat. Laat een uurtje drogen, bewaar dan je kerstkoekjes met maanzaad in een luchtdichte container.